Horning Zeus


René van Es | 12 december 2001 |

Zet het huis op zijn kop

Wie denkt dat het leven van een recensent over rozen gaat en dat hij altijd lekker aan het rommelen is met audio apparatuur, zou wel eens van een koude kermis thuis kunnen komen. Natuurlijk is het lollig als er weer een set dozen wordt afgeleverd. Prima als versterker nummer drie of vier op het dressoir tijdelijk wordt gestald. Maar wat nu als je als recensent het idee hebt zelf niet te beschikken over de juiste apparatuur of de juiste luisterruimte. Dan begin je met alles uit de kast te trekken om een goede match te vinden. En je vraagt je vrouw om de kamer opnieuw in te richten. Dat laatste vindt zij (terecht) niet goed, waardoor je blijft zitten met de frustratie dat er meer mogelijk is met een produkt, maar dat je het zelf niet kunt optimaliseren. En toch wil je schrijven, want het produkt is bijzonder, fascineert je en intrigeert...

Lees het onderstaande op die wijze en begrijp dat hier maar één ding op zijn plaats is, luister en oordeel zelf.


De opbouw

Het onderhavige produkt dat mij zo laat werken is een Hørning Zeus speaker die wordt geleverd voor Fl. 5500,- per paar. Een hoorn van bescheiden afmetingen. De kast die 22x35x90 cm meet, is aan de voorzijde voorzien van een tweeter die door Tommy Hørning zelf wordt samengesteld. Het ziet er nog het meeste uit als een mini speaker van een radiootje. De 4 cm tweeter ziet aan de voorzijde een eigen korte hoorn, die wijd uitloopt. Daaronder tref je een 11 cm middentoner aan van Fostex. Een harde stijve conus in een soepele rand opgehangen. Aan de achterzijde (ja inderdaad aan de achterzijde) is een 16,5 cm Beijma woofer gemonteerd, niet ingefreesd, maar dat heeft daar ook geen nut. Het filter is “nogal” simpel, een enkele condensator voor de tweeter en een vlakdraadspoel voor de Fostex unit. Meer heb ik niet kunnen vinden. Dat betekent dus dat de woofer aan de achterzijde het gehele spectrum ziet en dat de kleine Fostex ook al het laag voor zijn kiezen krijgt. Het rendement van het systeem ligt zo rond de 92 dB/1 Watt. In de kast zijn een tweetal schotten verlijmd. De schotten lopen vanaf de onderzijde van de kast tot bijna aan de bovenkant. Aan de onderkant zijn ze dicht en eindigen respectievelijk tegen de voor en achterzijde van de kast. De ontstane vorm mag je een “tapered line” noemen. Zowel de woofer als de Fostex “ziet” zijn eigen line en de twee lines monden samen uit aan de onderzijde van de kast waar een grote ovale opening is gefreesd. Aan de achterzijde tenslotte nog de aansluitingen en er zijn vijf ronde gaatjes waar de woofer door kan ademen. Het gehele systeem lijkt klein door de netjes afgeronde hoeken en maakt visueel nauwelijks indruk in een huiskamer.


De set

Aan de basis heeft gestaan een Atoll CD80 cd speler naast de Teac VRDS-T1, de Monarchy Audio DIP Mk II en de Monarchy Audio 22B dac. Bekabelt met Van den Hul The First. De gebruikte voorversterkers waren mijn eigen Sphinx Model 2 en een gloednieuwe Clearaudio Balance. Eindversterkers, mijn Monarchy Audio SM-70’s, gebruikt in bridge (2 x 70 watt) en als enkele stereo versterker (2 x 25 watt). Om het vinyl af te draaien staat er een Pro-ject Perspective met het onvolprezen Highphonic element op een Target beugel. De speaker kabel is van Ocos. Tommy Hørning schijnt het als een doodzonde te beschouwen om een sub woofer aan te zetten, dus die bleef dit maal uit. Tenslotte werd er tegen het einde van de luisterperiode een Kemp netfilter binnengebracht met een lading snoeren en is dat ingezet voor de digitale apparatuur en de voorversterking.

Mijn kamer is een gemiddelde woonkamer, Niet te hard, niet teveel gedempt. Wel lastig in het laag, rustig en vlak in het midden en hoog. Vloerbedekking met dik ondertapijt dempt al zo goed, dat zware gordijnen overbodig zijn. De kamer bestaat uit een breed deel (4,3 meter) en een smallere achterkamer (3,5 meter). De speakers stel ik altijd op in de buurt van de scheidslijn tussen de kamers. Ik blijf dan weg van wanden en elke speaker kan ruim naar achteren “ademen”. Volgens de importeur zou een achterwand beter zijn voor de Zeus, of zelfs een hoekopstelling. Zodat de hoorn wordt vergroot en de werking toeneemt. Het heeft heel wat tijd en schuiven met de speakers gekost om een goed resultaat te behalen. Een paar weken lang is er verplaatst, stukje voor, stukje naar achter, indraaien, niet indraaien, noem maar op. De veranderingen zijn niet schrikbarend, maar het loont de moeite een plek te vinden waar leefgenot en akoestiek elkaar in de armen vallen.

Horning Zeus

De frustratie vangt aan

Het moeilijke van een hoorn is het wennen aan het geluid. Het is anders dan een basreflex, anders dan een dichte kast of een transmissielijn. Fervente voorstanders beschouwen zo’n systeem als een religie, hoornhaters hebben het altijd over kleuring en onnauwkeurigheid. Maar vergeten het gemak van hoorns, de dynamiek, de muzikaliteit en het feit dat ze makkelijk zijn aan te sturen. Nu is de Zeus niet helemaal een hoorn, maar kent wel veel van de eigenschappen. Het is eigenlijk een hybride systeem waar geprobeerd is de nadelen te vermijden en de winstpunten te optimaliseren. Het laag gaat derhalve diep en is op veel plaatsen te rijk in mijn luisterruimte. Vandaar de verplaatsingen en het steeds maar proberen met andere apparatuur.

Het gaat te ver om elk stukje van de experimenten te beschrijven. In een van de laatste luistersessies ben ik de cd’s gaan noteren die ik toen gebruikte, verderop in het verhaal meer een algemeen beeld. Die bewuste luistersessie is met Teac/Monarchy, Sphinx/Monarchy, Kemp filter en Kemp/Van den Hul/Ocos kabels uitgevoerd. Ter vergelijk zijn regelmatig de eigen monitors van stal gehaald in combinatie met mijn eigen subwoofer. Al vaker is bij mij de cd van de Chieftains Tears of Stone ter sprake gekomen. Als eerste nummer daarvan draaide ik de muziek met Joni Mitchell. De Zeus voelt de donkere stemming goed aan. Het achtergrond koor past perfect in het geluidsbeeld en de stemmen zijn duidelijk en fraai. Op dezelfde cd staan ook de Rankins en dat grenst aan een briljante weergave. Je mist helemaal niets en voelt je thuis met de muziek. Dan de Corrs op Tears op Stone, drie keer niets, geen leven, saai en weinig definitie. Zo ken ik dit nummer niet en wil ik het ook niet kennen. Tenslotte nog steeds de Chieftains maar dan met Sinead O’Connor en Loreena McKennit, dat weer heel fraai, mooie stemmen en sfeervol. Raar dat de Chieftains met de Corrs helemaal niet willen.

Kari Bremnes mag haar Gate Ved Gate nummers vertolken. De muziek klopt ineens. Een heel mooi plaatje staat er. Daar heb ik dus weken naar gezocht. Dee Dee Bridgewater laat het publiek de kamer inkomen op haar cd Live at Yoshi’s, de piano is op maat en het klinkt lekker direct. Dan Beverly Craven, een oude favoriet. Wat een misser, daar gaat de stem, het is somber en dof. Alleen op Missing You hoor ik wat terug van wat ik er altijd zo mooi aan vind. Rachelle Ferrell daarentegen is pakkend, spannend, dynamisch, een krachtige piano, dreigend en volkomen in balans. Dead Can Dance heeft niet de gebruikelijke ruimte. Het beeld is kleiner en lijkt minder detail te bevatten. Lori Liebermann die ooit op Pope Records Gold cd’s haar stem heeft gezet met eenvoudige veelal akoestische muziek is weer hemels. Waarom deze grote opvallende verschillen? Is het maar net welke cd je draait of zelfs welk nummer speelt?

Horning Zeus

Met andere opstellingen

In aanvang is er voor het schrijven van deze recensie met de Hørning Zeus geëxperimenteerd met zoveel mogelijk andere apparatuur. Daar is veel muziek bij gebruikt, deels hetgeen hierboven staat, deels anders zoals klassiek, jazz, pop, met en zonder stem. Ik ga nu niet in detail in op de muziek, maar meer op de middelen. De Teac/Monarchy combo klinkt zwaar, dreunt vaak en blaast het laag op. De Atoll met eigen dac of via de 22B is losser. Het loopwerkje is lichtvoetiger en dat komt in mijn ruimte goed uit. Diep gaat het toch wel, de kracht verminderen mag. Terug naar een enkele Monarchy Audio eindtrap helpt niet. Je haalt teveel power uit het hele systeem zonder ergens iets te winnen, dus daar gaan we niet verder mee. Het filter van Kemp Electronics maakt wel uit. Een verbetering die nader onderzoek behoeft. Ik heb zowel het filter ertussen gezet als netsnoeren vervangen. Meer rust, betere definitie en strakker laag is de eerste indruk. De Zeus is er blij mee. De Clearaudio Balance voorversterker kan de Monarchy’s gebalanceerd aansturen en ook daarmee win je in strakheid van het laag en definitie in midden en hoog.

Tevreden, ja soms wel en soms ook weer helemaal niet. De ene cd is goed tot zeer goed, de andere slecht tot zeer slecht. Idem met vinyl, zij het dat pop/jazz eerder problemen geeft dan klassieke muziek. Het is zoeken naar combinaties waardoor de Zeus zijn ware aard kan laten zien. Al met al blijft soms een indruk hangen van een hol geluid, vaak de wens om buizen in te zetten met hun afgeronde weergave en de nadruk op het middengebied. Verder de wens te werken met een achterwand die reflecteert of liever nog een tweetal hoeken waar de speakers in kunnen. Dat moet het totaalbeeld beter maken of in ieder geval consistenter. Waarom is anders de Zeus soms zo pakkend en af, terwijl er op sommige momenten gesnakt wordt naar nieuwe speakers? Matchen en plaatsen schijnt het toverwoord. Ik heb Tommy Hørning ontmoet op de VAD show en als ik hem beluister hoor ik een gedreven ontwerper/fabrikant en daarnaast een muziekliefhebber/levensgenieter. De combinatie van zijn ervaring en de wens/kennis van Johan Bezem van Audio Classics om een kleine compacte Hørning te bouwen lijken geslaagd, maar voor mij alleen als mijn ega akkoord zou gaan met een rigoureus veranderde huiskamer.


Tot slot

Wie het bovenstaande tot zijn geest heeft genomen zal begrijpen dat ik er niet echt ben uitgekomen. Het is wel verklaarbaar waarom er geen gemene deler kan worden gevonden met de Zeus. Waarom cd’s soms briljant zijn en soms bar slecht. Daarom valt het mij zo zwaar een conclusie te geven over dit systeem. De contrasten zijn zo groot, dat ik er geen weg mee weet. Op sommige momenten kan ik niet zonder de Zeus leven, op andere momenten niet met. Het zou een vrouw kunnen zijn. Misschien was de naam Athene daarom een betere keuze geweest dan Zeus, immers de oppergod wordt als man afgebeeld. De Høning Zeus is voor mij de knappe filmster onder de speakers, een beschuitje mee willen eten en dan weer wegwezen.

Ik kan een ieder slechts aanraden, ga en luister. Oordeel zelf in een set die de dealer voor u matched. Een dealer die de liefde op kan brengen dit produkt op de juiste wijze te begeleiden. Hoornfreaks met weinig ruimte of een beperkt budget, haast u, buizenliefhebbers idem. Ga en zie niet om. De kennismaking met de Hørning Zeus laat mij in frustratie achter. Je hebt van die produkten die je direct wilt hebben en produkten die je nooit meer hoeft te zien. Zo had ik pas NBS kabels in huis, daar doe ik een moord voor. En toen een setje speakers die ik per kerende post met negatief commentaar retourneerde. Soms wordt je hebberig van audiospul, maar dan meer om het “hebben” dan om het “nut”. En de Zeus? Ik weet het niet. Zal ik dan toch het silicium maar gaan verruilen voor een KT-88? En een verbouwing voorstellen? Gelukkig kan ik bij collega Jan de Jeu terecht voor een praatsessie over mijn dilemma. Of zal ik mijn vrouw eens sturen?

Gebruikte apparatuur

Pro-ject Perspective platenspeler
Highphonic MC-A300 element
Sphinx Project 2 met phono board op MC stand
Clearaudio Balance voorversterker
Monarchy Audio SM-70 klasse A versterkers
Focal B400 kit gebaseerde luidsprekers
Speaker & Co Cinema Sub 2 actieve subwoofer
Hørning Zeus luidsprekers
Atoll CD80 cd speler
Teac VRDS-T1 cd loopwerk met Trichord Clock 2
Monarchy Audio DIP Mk 2 anti jitter box
Monarchy Audio M22B Dac
Musical Fidelity Elektra E50 tuner
Sony MDS-JE500 minidisk speler
Interlinks: Linn Analogue, VdH The First en The Source HB, Sonic Link Silver Pink, Puresonic XLR
LS-kabels: Ocos
Optisch: Audioquest, Deltac
Accessoires: Eigenbouw netfilter, ferriet clamps, Standesign Saturn 5 audio meubel, Target VW1 muurbeugel, rubber netkabels, WBT steker materiaal, Kemp Electronics filter en Kemp kabels