Welk videomontagepakket?


Ulco Schuurmans | 19 april 2015

Zo’n 50% van de geslaagde videofilm komt voor rekening van de montage. Toegegeven, zonder goed beeld en geluid kom je ook niet ver, maar de ware rode draad of plot komt pas echt tot leven tijdens de montage. Software voor het digitaal monteren, de zogenaamde Non Lineair Editing (NLE), is er in alle soorten en maten. Variërend van een eenvoudige app tot professionele videoafwerking, in vaktermen de postproduction. De keuze voor een bepaald NLE-pakket hangt geheel af van de kennis, ervaring, mogelijkheden voor beeld en geluid, de te verwerken videoformaten en de aan de productie gestelde kwaliteitseisen.



In principe zou je bij het monteren (editen) van videoclips gewoon kunnen volstaan met knippen en plakken. Dat knippen heet in de praktijk bijsnijden of trimmen. De editor snijdt de videoclip aan de uiteinden bij en/of knipt deze ook nog eens doormidden. Het plakken gaat in principe om het invoegen van videofragmenten tussen of in andere videoclips. Daarvoor zijn er twee benaderingswijzen:
1. De zogenaamde tijdlijn. Een werkvenster met een tijdsbalk voor de video- en audiosporen (de tracks). Je zet de verschillende clips en fragmenten voor beeld en geluid in volgorde achter elkaar en waar nodig ook boven elkaar. Datlaatste als overlay (de bovenste laag bedekt de onderste) of compositing/keying (de ene videolaag is meer of minder doorschijnend/transparant voor de andere). Het invoegen van een videofragment in een clip heet een beeldinsert.
2. Het storyboard. Deze montagebenadering ziet er uit als een aantal videoblokjes (de verschillende) clips die achter elkaar staan en/of onderling verbonden zijn.



In de praktijk gebruik je de tijdlijn voor grote gecompliceerde videoproducties en waar tot op het beeld nauwkeurig bijgewerkt moet worden.
Na het knippen en plakken (de cut & paste) volgt de verdere opmaak van de videofilm. Bijvoorbeeld door het aanbrengen van titels, overgangen (transities), effecten (Digital Video Effects of DVE’s), correcties en keying of compositing. Aparte aandacht gaat tevens uit naar de mogelijkheden bij het geluid. Het bijwerken van het volume, correcties op versprekingen of stoorgeluiden, het toevoegen van achtergrondmuziek, voice-over en effecten.



Welk videoformaat?
Een gegeven dat menig beginnend videoamateur over het hoofd ziet. Je koopt een camcorder of videofilmende fotocamera en dan blijkt dat de NLE-software niet met het opgenomen videoformaat overweg kan. In de praktijk gaat het bij videoformaten om:
- De resolutie. Het aantal pixels in een videobeeldje. Bijvoorbeeld DV (720 x 566), Full HD in 2K (1960 x 1080, 2.000 beeldlijnen), UHD in 4K en 3D.
- Het soort videobeeldjes. Interlaced i (= twee halve beelden) of Progressive  (= 1 volledig beeld per keer). Dit verder nog eens gecompliceerd door het aantal beelden per seconde, 24, 25, 50 of meer.
- De manier van comprimeren en decomprimeren, de toegepaste CODEC. Bijvoorbeeld AVCHD, MPEG-2, MPEG-4 of H.264. Hier nauw aangekoppeld is het wegschrijfformaat, bijvoorbeeld QuickTime, MOV of Motion JPEG.
- En als laatste ook nog de toegepaste datasnelheden in Megabits per seconde.
Je snapt het al, als het ergens niet klopt valt het AV-bestand niet in te lezen, loopt ergerlijk traag of zit vol afspeelfouten. De door de NLE-software te gebruiken videoformaten zijn erg belangrijk zowel bij de import als de export van videobestanden. Bij de import kan het om verschillende cameraformaten of zelfs eigen afwijkende interpretaties van de camerafabrikant gaan. Gevorderde montagesoftware laat verschillende formaten in de eigen originele uitvoering (native) in de tijdlijn toe. Bij de export is het goed in de gaten houden waar je straks de videofilm op gaat afspelen. Tv, het internet, dvd, Blu-ray, smartphone of tablet? En in welke kwaliteit voor beeld en geluid? Lees de specificaties van het NLE-pakket hier zorgvuldig op na.



Per app
De eenvoudigste vorm van softwarematige montage is de NLE-app. Een mini-montagestudio voor op je smartphone of tablet. De term mini moet je zeker niet als denigrerend zien. Er zijn montage-apps die hetzelfde presteren als hun eenvoudigere grote broer op de montagecomputer.
De meest simpele NLE-app voorziet alleen in het combineren van clips, een voor te kiezen opmaak, muziekje en desgewenst een commentaar of voice-over. Daarmee maak je snel korte gemonteerde videoclips om te delen via jouw smartphone, op internet of in de cloud. Bijvoorbeeld de app Videolicious. Ook tref je tegenwoordig eenvoudige montage-apps in de camerasoftware aan.
De meer gevorderde NLE-app biedt naast het trimmen, cut & paste, overgangseffecten, titels, kleine correcties en het toevoegen van muziek. Een aantal van hen voorziet tevens in specifieke opmaakstijlen (templates vakantie, familie, reizen, nieuws, reportage e.d.), old movie-, filter- en lens-effecten. Het meest geavanceerde genre benadert de mogelijkheden van iMovie en de Avid/Pinnacle amateursoftware voor montage.



NLE voor starters
Het monteren van video en audio is lang niet zo eenvoudig als het op het eerste gezicht lijkt. Er blijkt in de praktijk namelijk nogal wat kennis en ervaring voor nodig te zijn. Als je al vaker gemonteerd hebt en regelmatig aan het editen bent geen punt. Wel als je een beginner bent en slechts enkele malen per jaar aan de montage gaat.
Deze categorie gebruikers koopt vanaf gratis en enkele tientjes tot circa € 100,- al een leuk stukje NLE-software. Bij voorkeur in het Nederlands. Niet al te moeilijke menu’s, duidelijke montagevensters, naar keuze een storyboard of tijdlijn, best leuke effecten, slim geluid (dat zich aanpast op de videoclips), pakkende titels en eenvoudige correctiefilters. Ook zijn er veelal aantrekkelijke opmaakstijlen (templates) en uitgewerkte stories voor handen die gangbare thema’s en video-onderwerpen helpen vormgeven. Daarmee zet je snel een goed uitziende en klinkende videoclip in elkaar. Bekende voorbeelden zijn iMovie, Premiere Elements, de Casablanca Bogart SE, Magix Video Deluxe, Corel VideoStudio Pro X7, Window Moviemaker, Cyberlink Power Director, Sony Movie Studio, Nero Video, Roxy Creator en AVS Video Editor.

Middenklasse NLE



De volgende stap bij Non Lineaire Editing vormt de middenklasse montagesoftware. Dit niveau biedt de volgende belangrijke voordelen die er bij de pretentievolle videomaker echt toe doen:
- Het combineren van een groot aantal sporen voor video en audio. Ook het werken aan meerdere projecten, sequences (= samengestelde clipreeksen) en het in elkaar voegen (nesting) van sequences.
- Sneller doorrekenen, Realtime, krachtiger CODECs, betere previews in grotere vensters.
- Het tot op het frame nauwkeurig kunnen bewerken van beeld en geluid.
- Zeer nauwkeurig instelbare effecten, overgangen en hoogwaardige correcties.
- Een complete geluidsstudio met LED-volumemeters en goede voice-overrecorder aan boord.
- Beschikt over een groot aantal im- en exportformaten.
- Doorgaans naast 2K (Full HD) tevens geschikt voor 4K en 3D.
- Hoogwaardige keying en compositing (meerdere videolagen over elkaar).
- Een veel beter mediabeheer voor de video-, audio-, foto- en grafische bestanden met aanvullende slimme zoekfuncties.
- Digitale video-effecten op professioneel niveau. Ook via plug-ins van andere leveranciers.



Verder zie je vaak nog een prima vorm van beeldstabilisatie, het uitrekenen van effecten of bewerkingen op de achtergrond zodat je ondertussen gewoon door kunt gaan met de montage en extra modules voor het (op)maken van dvd/Blu-ray en export naar social media. De prijsklasse ligt gemiddeld tussen de € 200,- en € 500,-. Bekende voorbeelden van dit type software zijn Final Cut Pro X, Sony Vegas, Magix Video Pro X6 en Edius7. Je hebt voor dit type software wel meer ervaring en een langere leercurve nodig.



Postproduction
Onder de zogenaamde postproduction wordt de professionele afwerking van een videofilm verstaan. Het gaat tot op het ware bioscoop-, tv- uitzend (broadcast) en commercial niveau. Je kunt er letterlijk alles mee in Full HD, UHD 4K en 3D. De soundtrack is van studiokwaliteit. Het belangrijkste onderscheid ten opzichte van de hiervoor genoemde middenklasse zit hem in:
- Uitgekiende werkstromen. Deze workflows maken de professionele videoproductie, sneller, efficiënter en ergonomischer.
- Deze NLE-pakketten ondersteunen speciale versnellende processoren op onder andere grafische kaarten en montagesystemen met meerdere rekenkernen/CPU’s. Dat geeft realtime afspelen en doorrekenen op een groot aantal videosporen.
- Zijn geschikt voor omgevingen waarbij meerdere editors in netwerken samen aan dezelfde productie werken (collaboration).
- Verwerken elk (pro-) video- en audioformaat in de hoogst mogelijke kwaliteit. Zowel gecomprimeerd als ongeprogrammeerd. Je kunt vanuit het veld ook montages in een lagere resolutie naar de studio sturen die aldaar verder wordt opgewerkt.
- Werken met vrijwel elk elektronisch script, beeldtaal (XML) en EDL-opdrachtlijsten.
- Zijn naadloos compatibel met tal van professionele apparatuur voor playout (uitzenden), storage (opslag), converteren, transport over glasvezelnetwerken. Mixers/switchers. mediaservers en externe hardwarematige effectbewerking.
- Uiterst nauwkeurig mediabeheer met metadata, het identificeren van beeldinhoud en woordherkenning bij interviews.
Uiteraard met € 600,- tot € 4.000,- niet goedkoop en behoorlijk lastig om het allemaal te leren. Bekende voorbeelden zijn de Avid Media Composer, Edius Pro 7, Premiere Pro (abonnement of als losse suite), Blackmagic Davinci Pro, Autodesk Smoke en Vegas Pro 13.



Conclusie
Kortom kies op maat. De kwaliteit van beeld en geluid en het gebruiksgemak tellen naast de gebruikte AV-formaten het zwaarst. Daarna volgen het geluid en correctiemogelijkheden. Veel effecten zijn natuurlijk leuk maar gebruik je ze uiteindelijk wel? Let verder op de hardwareisen die het beoogde NLE-pakket stelt.