Zelfbouw buizenversterker (2/2)


Werner Ero | 22 november 2002 | Fotografie Werner Ero

Vanderveen UL40-S2 buizenversterker; zelfbouw high-end?

In het eerste deel van dit verhaal heb ik mijn veldtocht beschreven waarin ik ten strijde trek om met behulp van enkele tangen en een soldeerbout van een berg elektronicaonderdelen een compleet gemonteerde en afgeregelde buizenversterker te maken. Dat het qua montage en afregeling prima is gelukt kan in dit eerste deel gelezen worden, maar veel belangrijker is natuurlijk hoe het apparaat nu eigenlijk klinkt.

Voordat ik mijn gehoormatige bevindingen zal beschrijven is het belangrijk om te weten hoe mijn huidige set klankmatig in elkaar steekt. Mensen die mijn systeem wel eens goed hebben kunnen beluisteren weten dat het een sterk uitgebalanceerd geheel is met veel sterke en maar weinig zwakke punten. De set balanceert op het dunne koord tussen analytisch en warmte en biedt een grote mate aan accuratesse. Correct tijd- en fasegedrag zijn hét sterke punt van mijn configuratie. Stemmen en instrumenten worden realistisch geplaatst in het ruimtebeeld weergegeven en de dynamiek is ronduit groot. Het laag is relatief onopvallend maar indien de muziek het in zich heeft, diep doorlopend.

Spannend is natuurlijk vooral de vergelijking met de veel duurdere Duson set die geheel in klasse A speelt en veel vermogen kan leveren. De Vanderveen speelt vooral in het middengebied wat vloeiender dan de transistor collegae en komt hierdoor ietwat vriendelijker over. De Duson combo klinkt duidelijk voller en vooral ook wat schoner met een grotere stage welke duidelijk buiten de luidsprekers wordt weergegeven. Op het gebied van fijn dynamiek ontlopen beide merken elkaar niet zoveel maar bij de grote uithalen en wanneer sprake is van (zeer) complexe muziek (Atrium Musicae de Madrid – La Folia de la Spagna) en er echt vermogen wordt gevraagd, is de Duson set duidelijk in het voordeel en kan door de veel grotere stroomleverantie vooral de pieken beter en gaver weergeven. Dat het grootste verschil tussen beide versterkers in het lagetonen bereik plaatsvindt is geen echte verrassing. De zware A10 eindversterker is hier op alle fronten heer en meester. Er is gewoon meer ‘drive’, controle en klankrijkdom. Nee, de kwaliteiten van de Vanderveen liggen zelfs in dit prille stadium, op een heel ander vlak. Rust, betrokkenheid en de muzikale magie die zo kenmerkend zijn voor goede buizenproducten.

Zelfbouw buizenversterker (2/2)

Eerste luisterindruk

Na de laatste afregelsessie waarin de versterker zo perfect mogelijk is afgeregeld is nu de tijd voor de Vanderveen gekomen om zijn kunsten te vertonen. De transistor Duson voor- en eindversterker ruimen het veld voor de geïntegreerde buizenbak. De standaard meegeleverde netkabel laat ik al gauw voor wat het is want het apparaat is voorzien van een euroconnector wat mij de gelegenheid biedt mijn referentie netkabel, de NBS monitor IV in te zetten. Waarom nu meteen weer zo’n dure stroomkabel in plaats van het gewoon goede standaard exemplaar? Buiten het feit dat een echt goede stroomkabel een behoorlijke verbetering kan bewerkstelligen is het voor een goed (eind-)oordeel belangrijk om zo min mogelijk onbekende parameters in de keten te introduceren, want zelfs een minieme wijziging in het geheel kan al een sterke klankverandering veroorzaken, vandaar dus deze netkabel. Als volgende onderdeel bevestig ik de onvolprezen super interlink Siltech Forbes Lake aan de standaard vergulde cinch aansluitbussen. Ondanks het gewicht en de dikte van deze kabels wordt de versterker niet naar achteren getrokken en ook de afstand tussen het linker en rechterkanaal is net voldoende om de stekkers strak aan te kunnen draaien. Als ik vervolgens de WBT luidsprekerterminals aanraak kan ik een grijns niet onderdrukken. ‘Wat zijn deze klemmen toch fraai geconstrueerd’ mompel ik in mijzelf. Of het nu dikke of dunne kabels zijn, deze aansluitingen nemen iedere kabel stevig in de tang en zorgen voor een muurvaste en betrouwbare verbinding en zo hoort het natuurlijk ook.

Zo, aangezien alle noodzakelijke verbindingen zijn aangesloten is het tijd geworden het apparaat in te schakelen. Bij deze UL40-S2 versterker kun je dit schakelen gerust letterlijk nemen want met een stevige ‘klak’ zet ik het apparaat onder stroom waarna de buizen zacht beginnen te gloeien. Een minuut later zet ik ook de stand-by schakelaar om en het apparaat is nu geheel bedrijfsgereed. Zelfs met de oren bij de speakers is er nauwelijks van enige brom sprake. Ruis is zelfs van dichtbij niet te horen. Prima dus! De versterker is in deze eerste sessie door mij ingesteld (intern solderen) op de standaard ultra-lineaire stand. Hierin wordt een dikke 30 watt per kanaal geleverd en klinkt het apparaat al prima. De handleiding wijst op nog een aantal andere mogelijke instellingen maar voor high-end gebruik is buiten deze instelling vooral de triode instelling interessant. Consequentie van deze laatste is echter wel een halvering van het uitgangsvermogen. Later meer daarover.

Als eerste verdwijnt Loreena McKennitt van het album The Visit in de CD-speler. Deze CD is prachtig transparant opgenomen met luide stemuithalen en allerlei percussie. Is er ook maar iets niet helemaal in orde dan is dat ogenblikkelijk te horen. Ik start met de eerste track ‘All Souls Night’ en al snel blijkt dat de Vanderveen duidelijk in zijn element is met dit soort muziek. De stem van Loreena wordt fraai transparant weergegeven met veel lucht en ruimte om haar heen. De zware trommels komen opvallend strak over. Ook op hoger volume blijft het vrij en luchtig klinken. S-klanken klinken mooi gefocusseerd  en worden niet in het stereobeeld uitgesmeerd. Het top hoog is net niet 100% schoon. Het is bovendien wat aan de te felle kant. Let wel, de versterker staat nu pas een uurtje aan dus het is waarschijnlijk dat er nog van alles zal veranderen.

Ruimtelijke weergave en plaatsing zijn in deze eerste sessie al heel behoorlijk maar blijven nog wel wat tussen de luidsprekers hangen. Ook het dieptebeeld komt nog niet helemaal uit de verf maar de lucht en losheid die nu al in het geluid zijn te horen vind ik heel verheugend. Van de zo typische kleuring in de weergave zoals die bij slechte ontwerpen nog wel eens wil optreden is eigenlijk niets te horen. Slechts een heel lichte nasaliteit is er bij complexe koorpassages (John Rutter – Requiem) waarneembaar. Dit komt echter pas aan het licht bij vergelijking met veel duurdere apparaten.
Het maximaal bereikbare onvervormde volume is bij de door mij gebruikte MC-Systems M3 referentieluidsprekers met hun 91dB rendement absoluut voldoende. Zelfs voor een beginnend feestje is er voldoende ‘sap’ aanwezig.

Zelfbouw buizenversterker (2/2)

Tweede luisterindruk

Inmiddels een maand verder vindt deze tweede luistersessie plaats en de versterker heeft in die tijd veel gespeeld. Langskomende bezoekers – muziekliefhebbers of niet, hadden allemaal een mening over het apparaat. Hoewel de meeste mensen het een fraai product vinden is de opmerking ‘jammer dat ‘ie niet dezelfde breedte heeft als de meeste andere audio apparaten’ een veel gehoorde. De zachte gloed van de buizen vindt praktisch iedereen wel mooi. Met dit UL40-S2 bouwpakket trek je echt de aandacht. Als bovendien blijkt dat je hem zelf in elkaar hebt gezet is grote waardering je deel. Heel goed voor je ego dus!

De klank is nu een behoorlijk stuk verbeterd. De felheid in het hoog is geheel weg en heeft plaatsgemaakt voor een grotere rust maar ook een wat moeilijk te omschrijven soort van gezapigheid. De muziekstroom lijkt allemaal net iets te langzaam te gaan. Zeker bij rustige kooropnamen valt dit op en mag het van mij best wel wat heftiger en dynamischer. In vergelijking met de eerste luistersessie is het ruimtebeeld nu een stuk breder en dieper. Ten opzichte van mijn referentie is de breedte 85% en de diepte zo’n 75%. Op zich valt hier prima mee te leven maar toch moet het nog beter kunnen denk ik bij mijzelf. Aangezien mijn MC-Systems M3 luidsprekers een rendement van 91dB hebben, besluit ik tot het wisselen van de buizeninstelling van de standaard ultra-lineair instelling naar de triode instelling. Volgens (buizen-)kenners de gehoormatig beste instelling voor een buizenversterker. Om dit voor elkaar te krijgen haal ik de soldeerbout maar weer van stal en volg de instructies in de handleiding. Het tamelijk hoge rendement van mijn luidsprekers heb ik nu echt nodig omdat in de triode instelling het uitgangsvermogen wordt gehalveerd! Van de 2x30 watt blijft er nu nog maar zo’n kleine 15 over. Oei, ook al lijkt dit wel erg weinig, buizen gaan anders om met het beschikbare vermogen. Waar de transistor keihard kan gaan clippen en dus vervormen, speelt een buizenversterker met hetzelfde aantal watt’s nog vrolijk door. Clipping zal in dit geval hier ook gaan optreden maar is pas later waarneembaar. Prettiger luisteren dus.

Derde luisterindruk

Na het soldeerproces van ultra-lineair naar triode ben ik toch wel erg benieuwd geworden naar het eventueel ontstane verschil. Zal dit echt (nog) beter klinken of blijken de verschillen toch maar klein te zijn? Net als in de eerste sessie herhaal ik het aansluitritueel en laat de versterker vervolgens een flinke poos inspelen. De volgende dag stop ik als eerste Loreena McKennitt maar weer in de cd-speler en wacht vol verwachting op wat komen gaat. Als eerste valt op dat de volumeregelaar zelfs nog een heel stuk verder moet worden opengedraaid dan ik al gewend ben. Afhankelijk van de opname en een beetje realistisch afluisterniveau wijst de knop zo’n 12 uur aan! Voordeel hiervan is het enorm subtiele regelbereik wat ik nu tot mijn beschikking heb bij lagere volumeniveau’s en dat maak ik regelmatig anders mee. De triode instelling klinkt duidelijk anders dan zijn ultra-lineaire broertje. Het hoog is fijner van structuur en klinkt duidelijk schoner. Het middengebied kent nog meer magie en klinkt gewoon erg realistisch. Het laag tenslotte is er wat strakker en steviger op geworden. De hogere dempingsfactor van de triode instelling (lagere uitgangsimpedantie) zal hier zeker mede debet aan zijn. Een behoorlijk nadeel vind ik dat de dynamiek nog wat verder is afgenomen. Dit zorgt dan wel voor een erg rustig beeld maar ook voor minder levendigheid. Het toch al prima ruimtebeeld is daarentegen nog verder verbeterd en haalt in mijn ogen nu zelfs sub high-end niveau. De versterker plaatst in de breedte duidelijk buiten de speakers (90-95% ten opzichte van mijn referentie) en ook het dieptebeeld is nu nog fraaier (80% t.o.v. referentie). Opvallend is de soepele invulling van de verschillende muzikanten en instrumenten in het stereobeeld.

Zelfbouw buizenversterker (2/2)

Dan nu de hamvraag; heb ik genoeg aan dit toch wat beperkte vermogen?! Bij normale CD’s wel. Er is genoeg geluidsdruk voorhanden voor een serieuze luistersessie op realistisch niveau. Alleen bij erg zacht opgenomen plaatjes zoals het requiem van John Rutter kan het voorkomen dat je niet voldoende volume kunt bereiken. Het hangt van je persoonlijke voorkeuren, gebruikte luidsprekers en grootte van de luisterruimte af welke instelling het meest geschikt is. De triode instelling klinkt in mijn opstelling beter, maar je levert wel het nodige aan dynamiek in.
Toch zijn de verschillen tussen de twee instellingen niet wereldschokkend . Ook in de ultra-lineaire (standaard) instelling klinkt de versterker al prima.

Conclusie

Eigenlijk ben ik best wel enthousiast over dit product. Het is een degelijk uitgevoerde buizenversterker met een fraai uiterlijk en een keurige afwerking.
Het psychische aspect is bij dit apparaat zeker belangrijk want zelf zo’n kwaliteitsproduct in elkaar kunnen zetten geeft een enorme voldoening. Er is nog nooit een apparaat bij mij in huis geweest wat zo veel reacties heeft losgemaakt. Mede door het zelfbouwaspect raken mensen die zelf eigenlijk weinig om geluidsapparatuur geven erdoor geboeid. Iets leukers kun je toch niet bedenken?!
De eigenlijke kracht van dit product ligt in het feit dat iedereen die een beetje handig is op eigen houtje een dijk van een versterker in elkaar kan zetten. Eén die zeker de vergelijking met behoorlijk duurder geprijsde fabrieksapparatuur aan kan. Daar komt bij dat je door het zelfbouw principe voor een relatief laag bedrag een echt high end geluid in huis haalt! De Vanderveen UL40-S2 geïntegreerde buizenversterker mag wat mij betreft met recht zelfbouw high-end worden genoemd.

Update 25 november 2002: Naschrift

Verheugd kan ik mededelen dat de door mij geuite kritiek op de moeizame en onhandige bevestiging van de bedrading van de Alps volumepotmeter door leverancier Amplimo volledig is onderkend. Om dit probleem voorgoed uit de wereld te helpen is er sinds kort een up-date beschikbaar in de vorm van een kleine printplaat met soldeerogen. Mede door de soldeerogen die tevens verder uit elkaar zijn geplaatst is de montage kinderspel geworden en het probleem dus volledig opgelost. De up-date zal in het vervolg bij iedere nieuwe levering bijgesloten zijn.

Werner Ero

 

Gebruikte apparatuur

Gebruikte apparatuur
Luidsprekers: MC-Systems M3 (1e generatie)
CD-speler: Duson CD100 Geintregeerde versterker:
VanderVeen UL40S-2
Voorversterker: Duson C1000
Eindversterker: Duson A10
Interlink CD speler: Siltech Forbes Lake
Interlink voor-/eindversteker: Siltech Forbes Lake, Siltech 4/56 II
Netkabels: NBS monitor IV
Stekkerdoos: Kronenberg
Audiorack: Standdesign

Gebruikte CD`s
Ali Farka Toure with Ry Cooder Talking Timbuktu - World Circuit WCD 040
Loreena McKennitt The visit - WEA 9031-75151-2
Christy Moore King Puck - Pinorrekk records CD-5015
Atrium Musicae de Madrid La Folia de la Spagna - Harmonia Mundi HM 90.1050
John Rutter Requiem - Reference Recordings RR-57CD
Herman van Veen & The Rosenberg Trio Je zoenen zijn zoeter - Polydor 543 009-2
Dead can Dance Spiritchaser - CAD 6008 CD