Aansluitingen


Patrick van den Bergh | 26 mei 2005 | Fotografie Patrick van den Bergh

In de Home Theater wereld is de hemel vaak het  limiet, oftewel “The Sky is the Limit”. Neem bijvoorbeeld het nieuwe vlaggenschip onder de AV-versterkers van Denon, de ‘AVC-A1XV’. Deze geweldenaar moet toch een regelrechte nachtmerrie zijn voor iedereen die net zijn geïntegreerde stereoversterker heeft verruild om zijn eerste stappen binnen de wondere wereld van surround te zetten.

De ‘feauture-minnende’ hobbyist daarentegen, zal met deze AV-versterker het walhalla aan mogelijkheden vinden. Naar mijn mening is er echter ook binnen surround sprake van het meer high-end-achtige ‘less is more’ principe, en zijn lang niet alle aansluitmogelijkheden ook daadwerkelijk noodzakelijk. Staat u voor de keuze om een AV-receiver of AV-versterker aan te schaffen, of heeft u recentelijk een dergelijke aanschaf gedaan maar weet u zich geen raad met de diversiteit aan aansluitingen? Lees dan gerust verder.

Voordat u de aanschaf van een AV-receiver of AV-versterker overweegt is het raadzaam om vooraf te bedenken wat u allemaal wilt gaan aansluiten en van welke mogelijkheden u in de nabije toekomst gebruik denk te gaan maken (indien u de aanschaf al achter de rug heeft dan mag het komende stuk overgeslagen worden). Het heeft namelijk weinig zin een AV-versterker op de aanwezigheid van een interne videoprocessor aan te schaffen terwijl u de DVD-speler straks rechtstreeks aan de weergever gaat aansluiten. Even weinig zin heeft het om de keuze te laten afhangen van het aantal digitale ingangen terwijl u wellicht maar twee apparaten gaat aansluiten die deze aansluitmogelijkheid bezitten. Bent u van plan om de ingevoerde digitale geluidsinformatie weer door te sluizen naar een, bijvoorbeeld Cd-recorder? Indien deze vraag negatief beantwoord wordt dan is het natuurlijk onzinnig om wederom de keuze te laten afhangen van het aantal digitale uitgangen van de AV-receiver of AV-versterker. Luistert u vaak naar de radio of helemaal niet? Daar heeft u in principe de keuze tussen een AV-receiver of AV-versterker al te pakken.

En zo zijn er natuurlijk nog meer overwegingen die gemaakt moeten worden. Een 5.1 opstelling of maar alvast voorbereidt zijn op uitbreiding en dus kiezen voor een AV-versterker die 7 kanalen aan versterking heeft. Geen keuze die bepaalt wordt door de beschikbare media maar een keuze welke gemaakt zou moeten worden aan de hand van de domestische eigenschappen. Met andere woorden:”Heeft u überhaupt plaats om een 7.1 opstelling op de juiste manier in de woonkamer te plaatsen?”. De mogelijkheden zijn legio, herinnert u zich de ‘Sky is the Limit” uitspraak nog?, maar veel mogelijkheden zullen onbenut gelaten worden. Het is mijns inzien dan ook verstandiger om het product te kiezen waar de kwaliteit van de daadwerkelijk te gebruiken mogelijkheden zo hoog mogelijk is, in plaats van het product te kiezen dat u het meeste biedt op het gebied van ‘features’.

Audio ingangen

Een surround versterker wordt doorgaans aangeschaft om er ook daadwerkelijk in surround mee te gaan spelen. Een vreemde constatering misschien maar helaas zijn er nog altijd mensen die ook voor hun Cd-speler de verleiding tot een AV-receiver niet kunnen weerstaan. Soms ook over de streep geholpen door een slinkse verkoper. Het medium waarmee tegenwoordig DVD’s in surround worden afgespeeld is natuurlijk de DVD-speler. Maar het is ook goed mogelijk dat u de aanschaf van een AV-receiver overweegt om puur van meerkanaals muziek te gaan genieten.

Wanneer u voor de filmbeleving kiest dan zijn digitale ingangen zoals S/PDIF coaxiaal en/of optisch onontbeerlijk. De Dolby Digital of DTS bitstream kunt u in veel gevallen het beste laten decoderen door de AV-receiver. Is het niet de betere digitaal-naar-analoog conversie dan biedt de AV-receiver in haast alle gevallen nog altijd de meest uitgebreide DSP-instellingen die in veel gevallen noodzakelijk zal zijn. Mijn persoonlijke klankmatige voorkeur ligt bij de S/PDIF coaxiale verbinding, maar er zijn situaties waarin een optische verbinding toch beter zal presteren. Vaak heeft het te maken met het gegeven dat de DVD-speler niet geaard is. Is er enige vervuiling op het lichtnet aanwezig, welke middels de afscherming van de digitale coaxverbinding aan de AV-receiver wordt doorgegeven, dan moduleert de storing met het originele audiosignaal. Indien zowel de AV-receiver en DVD-speler de mogelijkheid bieden om gebalanceerd te spelen dan uiteraard voor deze, kwalitatief betere, optie te kiezen. Helaas zijn de AV-receivers die een AES/EBU digitale ingang bezitten maar zeldzaam, en nog zeldzamer zijn die welke dan ook nog eens echt gebalanceerd zijn opgebouwd. De sample rate welke geaccepteerd wordt via de digitale ingang varieert van product tot product maar de standaard bemonsteringsfrequenties van 44,1KHz, 48KHz en 96KHz worden haast door allen geaccepteerd.

Kiest u de meerkanaals weergave voornamelijk voor muziekweergave middels SACD of DVD-A dan worden de analoge, meerkanaals ingangen belangrijk. Het merendeel van de AV-receivers zijn inmiddels uitgerust met een dergelijke meerkanaals ingang, vaak een 6 kanaals maar soms ook 8 kanaals. Naar het uitziet blijft de weergave van muziek middels SACD en DVD-A ‘beperkt’ tot 6 kanalen dus een dergelijke, analoge meerkanaals ingang zal ook voor de nabije toekomst meer dan genoeg blijven. Veelal is de analoge, meerkanaals ingang een cinch-bus. Bestaat er wederom de mogelijkheid tot een gebalanceerde aansluiting dan geniet deze de voorkeur mits de opbouw van beide producten ook daadwerkelijk gebalanceerd is.

Naast de S/PDIF coaxiale, optische en analoge meerkanaals ingangen zijn de moderne AV-receivers ook steeds vaker uitgerust met een IEEE1394 ingang. Deze ‘fireWire’ aansluiting is een vinding van ‘Apple’ en biedt de mogelijkheid om beeld en geluid digitaal, met een encryptie, te transporteren middels een seriële verbinding tussen de speler en AV-receiver. Merken als Pioneer, Onkyo en Sony gebruiken dit type verbinding al een tijdje onder de noemer iLink maar helaas bestaat er nog geen standaard protocol waardoor merken onderling vaak niet middels deze verbinding aan te sluiten zijn. Wanneer er een directe voorkeur bestaat voor een dergelijke aansluiting dan is dit zeker iets om rekening mee te houden.

Naast de digitale audio ingangen heeft een AV-receiver ook nog, gelukkig, een stel analoge audio ingangen ter beschikking voor de eindgebruiker. Waren het eerder veelal stereo-ingangen, tegenwoordig is een of meerdere analoge, meerkanaals ingang al standaard. De stereo ingangen zijn te gebruiken voor bronnen zoals bijvoorbeeld de Cd-speler maar ook de VCR of de decoder van de schotel of digitale Tv-ontvangst indien deze geen digitale uitgang bezit. Een phono-input is tegenwoordig zeker geen standaard meer bij de AV-receivers, geïntegreerde AV-versterkers of AV-voorversterkers. Indien u een platenspeler wenst aan te sluiten is dit zeker iets om in de gaten te houden. De hoeveelheid analoge stereo-ingangen varieert enorm. Hoeveel u er nodig heeft is een kwestie van gezond verstand gebruiken want meer is zeker niet altijd beter of noodzakelijk.

Ik vermelde hierboven al ergens het woord ‘gelukkig’ in combinatie met de aanwezigheid van analoge audio ingangen. Dit was zeker niet voor niets en heeft alles te maken met de vrijheid welke u heeft om uit te proberen waar de digitaal-analoog conversie moet plaats vinden om een optimaal resultaat te behalen. De kwaliteit van de DAC’s maar zeer zeker ook de implementatie ervan en de gehele opbouw van een speler kan ervoor zorgen dat een analoge verbinding tussen beide apparaten een beter resultaat oplevert dan wanneer u de speler puur als loopwerk zou gebruiken. Vooral bij stereoweergave, waar de vele instelmogelijkheden van de DSP van een AV-receiver minder noodzakelijk zal zijn, het proberen waard!

Video ingangen

Wat bij geïntegreerde stereoversterkers totaal ontbreekt maar bij AV-apparatuur volop aanwezig is, zijn de video ingangen. Een AV-receiver kan als een soort van ‘hub’ fungeren voor meerdere beeldbronnen. Een batterij aan video ingangen zijn vaak voorhanden en dan ook nog veelal in verschillende types. Composiet, S-video, component en in zeldzame gevallen zelfs een scart aansluiting bieden de mogelijkheid om uw videorecorder, DVD-speler en zelfs de digitale decoder van de schotel aan te sluiten voor het geval uw weergever beperkt is in het aantal video ingangen. De meest primitieve manier om uw beeldbron aan te sluiten is middels de composietverbinding. Bij dit type verbinding worden luminance (helderheid) en chrominance (kleuren) via een geleider getransporteerd. Ietwat beter maar nog lang niet optimaal is de S-video verbinding welke helaas vaak foutief wordt aangeduid met S-VHS of Super-VHS verbinding. Bij dit type aansluiting worden de luminance en chrominance beide via een aparte geleider getransporteerd waardoor interferentie tussen beide signalen minder snel zal voorkomen.

Wanneer we praten over kleuren of chrominance bij video dan hebben we het niet over het gehele gala aan kleuren zoals deze voorkomen. Er zijn een aantal spectrumkleuren, namelijk rood, oranje, geel, blauw, groen en violet, welke ‘hue’ genoemd worden. Binnen dit aanbod aan spectrumkleuren bestaan een drietal kleuren die ons in staat stellen om elke gewenste kleur te verkrijgen door simpelweg te mengen. Deze primaire hue’s, oftewel de primaries, zijn rood, groen en blauw. En juist deze drie primaries zijn de kleuren waarnaar chrominance verwijst. Het luminancesignaal Y bestaat uit een bepaalde samenstelling van deze primaries, namelijk 30% rood, 59% groen en 11% blauw. Deze samenstelling zorgt voor een perfecte grayscale informatie mits de percentages juist zijn.

Waar bij het Europese RGB-signaal de drie primaries afzonderlijk worden getransporteerd bestaat het componentsignaal uit de luminance Y en twee kleurdifferentiatiesignalen Yb en Yr. Het verschil in roodwaarde en blauwwaarde wordt dus los van het luminancesignaal verzonden waardoor feitelijk de primaries rood en blauw afzonderlijk van elkaar en van het luminancesignaal worden getransporteerd. De groenwaarde wordt herberekend aan de hand van de Yb en Yr waardes. Een componentaansluiting geniet de voorkeur boven de composiet en S-video verbinding maar is, in theorie, van mindere kwaliteit dan het Europese RGB-signaal.

De S-video verbinding komt altijd tot stand middels de bekende Hoseiden oftewel mini-DIN-plug. Een vier polige, ronde stekker. Composietsignalen kunnen via een cinch-kabel of scart worden getransporteerd net zoals het RGB signaal, dat dan logischerwijs uit meerdere cinch-kabels bestaat. Het is dus een misvatting dat scart altijd een RGB-signaal betreft. Het is slechts een type connector welke in Europa wordt gebruikt. Het componentsignaal wordt altijd getransporteerd middels cinch-kabels al dan niet voorzien van BNC-connectoren.

Uiteraard is het ook steeds vaker mogelijk om uw bronmateriaal digitaal aan te sluiten op de AV-versterker. HDMI ‘High Definition Multimedia Interface’en DVI ‘Digital Visual Interface’video ingangen bieden hiertoe de mogelijkheid. Net zoals bij audio geldt ook voor beeldweergave dat oa het aantal conversies, van digitaal naar analoog, en de implementatie van de DAC bepalend zal zijn voor de uiteindelijke kwaliteit. Steeds meer komen er spelers op de markt die naast het kunnen weergeven van het interlaced bronmateriaal, het beeld ook progressief kunnen maken en zelfs ‘upscalen’ naar bepaalde resoluties, veelal een keuze tussen veelgebruikte native resoluties van beeldweergevers. Geheel tegenstrijdig met de audio-industrie is de beeldindustrie als de doods voor het analoog weergeven van hogere resoluties. De scaling-mogelijkheden zijn dan ook haast altijd enkel van toepassing op de digitale uitgangen!

Overige ingangen

Voorheen vaak voorbehouden aan de vlaggenschipmodellen uit de geïntegreerde AV-receiver of AV-versterkerlijn maar tegenwoordig steeds vaker aanwezig bij ook de lager geclassificeerde modellen is de RS232 poort. Deze poort is bekend vanuit de computerwereld en wordt bij AV-apparatuur gebruikt voor een tweetal toepassingen. Het meest gebruikelijke is om besturingssystemen, oftewel domotica, zoals Creston of AMX aan te sluiten. Dit soort besturingssystemen stellen de gebruiker in staat om met een enkele bedieningspaneel een gehele keten aan apparatuur te bedienen. Uiteraard is domotica meer dan enkel een veredelde afstandsbediening voor uw apparatuur, zo kunt u bijvoorbeeld de gehele woonkamer of dedicated ruimte voorzien van allerlei snufjes. Met een enkele druk op de knop wordt een scala aan instructies doorgegeven aan diverse componenten. De gordijnen sluiten automatisch, het scherm waarop het beeld wordt geprojecteerd rolt automatisch omlaag, de geluidsapparatuur springt in de juiste volgorde aan en staat direct klaar om te spelen, het licht dimt en de film start, kan het nog mooier?

Naast het aansluiten van een besturingssysteem wordt deze poort in bepaalde gevallen ook gebruikt voor softwarematige upgrade. Wel zo gemakkelijk natuurlijk wanneer er weer een nieuw formaat zoals Dolby Digital Plus voor de deur staat. De hardware moet dan wel voldoende ruimte bieden voor de softwarematige upgrade. Een DSP welke niet krachtig genoeg is zal immers niet in staat zijn om een nieuw formaat te ondersteunen. In dergelijke gevallen is een hardwarematige upgrade vereist en soms gebeurt dit zelfs ook in de range van AV-versterkers.

Aan een breed scala aan ingangen, zowel audio alsook video, hebben we uiteraard weinig wanneer er geen uitgangen bestaan. De moderne AV-receivers en AV-versterkers bieden tegenwoordig meer mogelijkheden aan uitgangen dan in een normale situatie ooit gebruikt zullen worden.

Audio uitgangen

Zoveel audio ingangen er zijn, zo veel audio uitgangen er zijn en wellicht nog wel meer. Naast de gebruikelijke RCA stereo uitgangen en de digitale, zowel optisch alsook coaxiaal, uitgangen vinden we tegenwoordig veelal ook een of meerdere meerkanaals, analoge uitgangen. In eerste instantie lijkt een dergelijke meerkanaals, analoge audio-uigang ietwat overbodig daar een AV-versterker ook zijn eigen versterking kent maar met het oog op eventuele toekomstige upgrade biedt een dergelijke uitgang de gebruiker een bepaalde mate aan flexibiliteit die wel eens belangrijk kan worden. Wanneer de meerkanaals, analoge uitgang niet aanwezig zou zijn en de gebruiker besluit om zijn set op te waarderen naar een gescheiden voor en eindversterker dan is hij/zij gedwongen de stap in eenmaal te nemen. Een AV-receiver met een dergelijke uitgang biedt u de mogelijkheid om de upgrade te faseren. De AV-receiver wordt dan simpelweg als voorversterker gebruikt terwijl een nieuwe eindversterker dienst kan doen om de luidsprekers aan te sturen.

Een groot hekelpunt bij veel AV-receivers en AV-versterkers zijn de luidsprekerklemmen waaraan het luidsprekersnoer bevestigd dient te worden. Door de grote hoeveelheid versterkingskanalen, de nieuwe Denon AVC-A1XV bijvoorbeeld beschikt over 10 versterkingskanalen met elk hun luidsprekerklem, zitten deze vaak dicht bij elkaar waardoor het gebruik van dikke, stugge luidsprekerkabels al haast ondoenlijk zal zijn. Sluit u slechts een 5-tal luidsprekers aan voor uw Home Theater opstelling? Dan kunnen de overige eindtrappen gemakkelijk toegewezen worden aan extra ‘zones’ waarmee u in staat wordt gesteld om, simultaan, meerdere ruimtes in huis te voorzien van muziek middels een AV-versterker.

Video uitgangen

Het werd al eerder aangehaald dat de moderne AV-receiver steeds meer als ‘hub’ kan dienen voor vele beeldbronnen wanneer het aantal ingangen op de weergever beperkt zijn. Het grote scale aan video ingangen wordt uitgebreid met een vaak even groot scala aan video uitgangen om ook maar op elke gewenste wijze de beeldende componenten te kunnen aansluiten. Composiet, S-Video, component, HDMI of DVI, het is vaak allemaal aanwezig. Tevens bieden veel AV-receivers en AV-versterkers ook de mogelijkheid om een bepaald inkomend signaal om te zetten naar een bepaald uitgaand signaal, bijvoorbeeld een component video omzetting welke composiet en S-video converteert naar component. Wel zo gemakkelijk uiteraard wanneer u slechts een enkele ingang op uw weergever heeft en de diverse bronnen allemaal een verschillende output kennen.

Hoe uitgebreid de video ingangen, conversies en uitgangen ook zijn, de ware videofiel zal zich er waarschijnlijk niet al te druk om maken en de bron rechtstreeks aansluiten aan de weergever. Hoe minder schakels er in de keten zitten, des te beter het resultaat! Tenzij u uiteraard gebruik wilt maken van de video-procesor, welke het beeld de-interlaced en upscaled naar de native resolutie van uw weergever. Want ook deze mogelijkheid vinden we tegenwoordig terug in bepaalde AV-versterkers.

Overige uitgangen

Bepaalde AV-versterkers bezitten ook nog een, of meerdere, stroom-oulet(s) en 12+ volts triggers waarmee u andere apparatuur kunt voorzien van stroom of simpelweg kunt in en uit schakelen.

Noodzaak?

Zoals u wellicht al heeft gemerkt zijn de aansluitmogelijkheden bij moderne AV-apparatuur vaak legio. Alhoewel het de gebruiker een breed scala aan mogelijkheden biedt, of voor veel verschillende situaties toepasbaar is, lijkt het voor de audiopurist vaak wat te veel op ‘features’ welke geen directe bijdrage leveren aan de kwaliteit. En vaak doen ze dat helaas ook niet. Elk product dat op de markt wordt gezet is gebaseerd op een vooraf bepaalde kostprijs, welke uiteindelijk ook het vooraf bepaalde marktsegment bepaalt. Meer waar voor hetzelfde geld betekend haast altijd dat de kwaliteit automatisch wat achtergeschoven wordt. En het zijn niet de vele mogelijkheden, of features, welke de uiteindelijke kwaliteit van een bepaald product bepaalt maar nog altijd het totale concept aan gebruikte onderdelen en implementatie!

Het is dan zeker ook raadzaam om niet zondermeer uit te gaan van de mogelijkheden welke het product biedt, wanneer u voor optimale prestaties kiest. Het gebruik van gezond verstand en enige mate van inzicht wat de toekomst wellicht voor u zou kunnen brengen, bepaald welke features wel en welke absoluut niet nodig zullen zijn. Indien u enkel de DVD-speler gebruikt voor de weergave van al uw zilveren schijfjes dan zijn 10 digitale aansluitingen lichtelijk overdreven. Gaat u niet meer dan 5 luidsprekers in de woonkamer plaatsen, dan zijn 7 eindtrappen er twee teveel. Gebruikt u een DVD-speler welke het signaal deinterlaced en upscaled naar de native resolutie van uw plasmascherm, dan is een videoprocessor in de AV-versterker totaal overbodig. U kunt zich, naar mijn mening, beter richten op de kwaliteit van die zaken welke u denkt te gaan gebruiken en niet teveel laten leiden door de aanwezigheid van allerlei features. Want, zoals het oude gezegde al verteld, het is beter om een vogel in de hand te hebben dan tien in de lucht. Kunt u zich het begin van het artikel nog herinneren? ‘The Sky is the Limit’, met andere woorden er is geen einde meer in zicht wanneer u voor features gaat kiezen.