Een zoektocht naar realiteit


AudioPaul | 07 april 2004

Volgens mij ben ik vast niet de enige die na die lange donkere wintermaanden met smart uitkijkt naar de lente. Ik voel me in die winterperiode soms net een holbewoner; in het donker uit je bed, nog steeds in het donker naar je werk en in het donker weer thuiskomen! Mijn dag begon dus vandaag al meer dan goed met een stralende voorjaarszon op mijn reis in de richting van Rotterdam voor een interessante luistermiddag bij een doorgewinterde audiofiel. Daarbij gaat het deze keer om Tony, een 40-jarige zelfstandig ondernemer in de ICT-sector.

Ook deze keer kies ik voor het openbaar vervoer en stap na een voorspoedige reis ergens vlak voor Rotterdam weer uit de trein. Tony wacht me vlakbij het station met de auto op en na het gebruikelijke handenschudden rijden we enkele minuten later een gezellig woonerf op waar Tony met z`n gezin een eengezinswoning betrekt.

Nadere kennismaking

Het eerste wat me opvalt als ik de woonkamer betreed is dat, hoewel de hifi-set een prominente plek inneemt, deze ruimte verder volledig in het teken van (kleine) kinderen staat. Ik neem, na het terzijde schuiven van een poppenwagentje en wat ander speelgoed, plaats op de bank en na het inschenken van de koffie neemt Tony het woord. Hij vertelt: "De reden dat ik je heb benaderd is dat ik het leuk zou vinden om in een persoonlijk gesprek wat meer over mijn hobby (audio en muziek) te vertellen". Achterliggende reden hierbij is dat in Tony`s kennissen/ vriendenkring niet veel mensen te vinden zijn die zich bezig houden met audio.

Tony gaat verder: "Tot een aantal jaren terug was ik té vaak ongemerkt gefocussed op het technisch luisteren. De laatste tijd is dat anders geworden. Ik houd me veel minder bezig of een opname wel of niet audiofiel is en of ik wel dat ene detail waar kan nemen. Ik merk dat de nadruk vooral is komen te liggen op de beleving, betrokkenheid en luisteren naar muziek. Ik probeer zoveel mogelijk de realiteit te benaderen. Natuurlijk is dat utopie, maar ik denk dat ik op de goede weg ben. Op een gegeven moment kom je in een situatie terecht waarin je niet meer praat over goed en slecht en of je al of niet tevreden bent, maar gaan juist persoonlijke voorkeuren en wensen een veel sterkere rol spelen."

Op mijn vraag hoe Tony tot zijn huidige set is gekomen antwoordt hij: "Datgene wat ik nu heb staan is het resultaat van jarenlang luisteren, recensies lezen, praten met mensen(dealers) en heel veel uitproberen."
Hij leest de laatste 7 jaar veel audiobladen uit Engeland, Duitsland en Amerika. Maandelijks haalt hij wel een stapeltje bladen, niet zozeer voor aanschaf van nieuwe apparatuur en kabels, maar omdat hij zich met die blaadjes lekker kan ontspannen. Ook is hij regelmatig te vinden op audiosites zoals audioasylum.com, hifi.nl, naim-audio.com, tnt-audio.com en hear.nl. Inmiddels is Tony al een jaar of 6 geabonneerd op het maandblad Hifi Video Test.

Audiogeschiedenis

We kijken even in het verleden van Tony`s niet bepaald bescheiden audiogeschiedenis. Hij was er al heel jong bij, naar eigen zeggen begon hij op 6-jarige leeftijd al te "rommelen" met radiootjes en later met versterkers, cassetterecorders en platenspelers.

Begin jaren 90 begint het allemaal wat serieuzer te worden met B&W 802 MKI speakers, aangestuurd door een Kenwood receiver (70 serie), Kenwood 3-kops cassettedeck en een Sony CDP 791 CD-speler. Tony was hierover naar eigen zeggen niet echt tevreden. Al snel wordt de Kenwood apparatuur ingeruild voor een Rotel RB980/RC 980 versterkercombinatie en een Sony CDP 791 CD-speler, die snel weer wordt ingeruild voor een Sony 339 ES en een paar jaar later voor een Rotel RCD 975. In 1998 worden de B&W 802 MKI speakers ingeruild voor Monitor Audio Studio 2 SE, een jaartje later wordt de Rotel voor/eind combinatie ingeruild voor een NAD C320 die binnen een jaar weer wordt ingeruild voor een Job Goldmund versterker. De Rotel cd-speler wordt ingeruild voor een Pioneer PDS 707 en later voor een AH! Tjoeb.

Inmiddels is het 2000 en worden de Monitor Audio`s ingeruild voor B&W Nautilus 805, die kort daarna (met gesloten beurzen) tegen B&W Nautilus 804 wordt ingeruild. Tony is in die periode druk aan het experimenteren met CD-spelers, ik noem hierbij o.a. een Marantz CD 6000, Marantz CD17 en Meridian 508.24. Ook SACD krijgt zijn aandacht en hij schaft een Sony SCD777 ES aan. In 2001 verdwijnt de Goldmund Job en wordt vervangen door een Musical Fideliy XA-2 versterker. Er wordt in datzelfde jaar tevens een Rega P25 draaitafel aangeschaft met Benz Micro MC gold element en als phono voorversterker een Creek OBH 9SE.

In 2002 wordt opnieuw enige malen van apparatuur gewisseld, waarbij vooral een Mark Levinson 390S CD-speler, een Mark Levinson ML 26 eindversterker en een Plinius CD LAD voor- en SA102 eindversterkercombinatie opvallen. Eerlijkheidshalve heb ik een aantal componenten van de enorme lijst die Tony voor me had gemaakt in deze review niet genoemd, omdat dit verhaal anders buitenproportioneel zou groeien. Tony vertelde me dat veel apparatuur bij hem in huis heeft gestaan om uit te proberen. Ook is het merendeel van de apparatuur tweedehands of als demo aangeschaft.

De huidige set

En dan komen we nu tot Tony`s huidige set bestaande uit componenten die hij in 2003 of dit jaar heeft aangeschaft. We beginnen met de draaitafel; een schitterende Transrotor Fat Bob S waarop twee armen zijn gemonteerd. De eerste arm is een SME3500 arm met een ZYX R-1000 Airy-2 element en de tweede arm is de standaard gemonteerde arm/ element combinatie TR2.6 (gemodificeerde RB 250) arm met een Goldring Eroica LX MC-element. Net als alle andere modellen uit de Transrotor-reeks heeft ontwerper en eigenaar Jochen Räke er met de nieuwe Fat Bob S weer iets buitengewoon fraais van gemaakt. Als phono voorversterker wordt een Sugden Optima gebruikt via de MD-ingang, om het MC-signaal voldoende op te peppen gebruikt Tony een Aitos buizen prepre.

De CD-speler is een Naim CDX. Verkijk je niet op het wat afwijkende uiterlijk van dit Engelse produkt, onder de motorkap is fraaie techniek aanwezig. Naim gebruikt een loopwerk van Philips, maar heeft het ingrijpend aangepast. Door middel van een handgreep op het front wordt het loopwerk, samen met de laserinrichting en de spindle-motor volledig naar buiten gedraaid. De CD wordt met behulp van een magnetische puck op de spindle-as vastgeklemt. De Naim CDX is volledig HDCD-compatible door het aanwezige PMD100 digitale filter van Pacific Microsonics. Vanuit het digitale filter worden twee PCM1702 multibit D/A-converters van Burr Brown aangestuurd. Over het design valt wellicht te twisten, maar het apparaat is werkelijk gebouwd als een tank.

Als versterking wordt een Spectral DMC12 voorversterker met een Array S-1 eindversterker ingezet. Spectral apparatuur valt te omschrijven met termen als breedbandig, hoge snelheid, fase-correct en zeer hoge kwaliteitsonderdelen. De Spectral DMC12 vormt daar geen uitzondering op, deze voorversterker heeft een frequentiebereik van 0 tot 1 mHz! Deze voorversterker is geen gebalanceerd ontwerp, maar heeft wel een zeer stabiele externe voeding. De Array S-1 is een stereo-eindversterker die een vermogen levert van 100 watt per kanaal in 4 ohm en een dempingsfactor van 1000 heeft bij 8 ohm belasting van 20-20000 Hz. De 120 MHz eindtrap heeft 32 uitgangstransistoren per kanaal en is volledig vrij van cross-over vervorming. De ingangstrap staat in klasse-A zonder tegenkoppeling.

De Array S-1 heeft uitgebreide beveiligingsschakelingen en 4 leds op het front geven de status van de versterker aan. Het chassis van de versterker bestaat uit niet-magnetisch roestvrij staal. Het front van de versterker is van 17,5 millimeter aluminium, de versterker weegt ca. 16 kilo.

En dan de luidsprekers, de Bowers & Wilkins Nautilus 802. De Nautilus 802 is het op twee na grootste model uit de Nautilus-reeks en rechtstreeks afgeleid van de twee grotere modellen, maar dan met een kleinere en lichtere behuizing. Toch blijft het nog steeds forse knapen met de afmetingen van 111 x 38,5 x 55 cm. en een gewicht van 70 kilo. Dat gewicht is voor een aanzienlijk deel te verklaren door de inwendige matrix-constructie en de zeer stevige behuizing. Hierbij hebben de ontwerpers zich niets van bestaande vormen en technieken aangetrokken, maar hebben gekeken naar de vorm van een slakkenhuis, waarbij het geluid achter de speakers niet op een conventionele wijze wordt gedempt maar uitsterft in een steeds nauwer wordend labyrint. Dit concept is niet alleen toegepast op het laag, maar ook op het midden- en hooggedeelte.Dit 3-weg basreflex systeem heeft een frequentiebereik van 39 - 20 kHz, een rendement van 91 dB en een nominale impedantie van 8 ohm. De afwerking van deze speakers is werkelijk fantastisch en de vormgeving zal ongetwijfeld velen aanspreken.

Opvallende details aan deze speakers zijn de toegepaste speaker-units; twee 20 cm. woofers met Kevlar-conussen, een 15 cm. Kevlar-middentoner gemonteerd in een Marlan (synthetische hars) bol van 30 cm. doorsnede en een metal-dome tweeter, gemonteerd in een speciale Nautilus-behuizing. Hierbij zijn de tapse buizen voor de tweeter en de middentoner, welliswaar in verkorte vorm, rechtstreeks uit het originele Nautilus-ontwerp overgenomen en dienen voor energieabsorptie en tevens als koellichaam voor de tweeter. Hierdoor is de tweeter in staat om enorme pieken te verwerken.

Kijken we nog even naar de bekabeling, dan zie ik dat Tony twee aparte groepen heeft aangelegd en dat als extra stekkerdoos een SunLeiste wordt gebruikt. De netkabel van de CD-speler is standaard "dropveter", als interlink wordt een Chord Cobra 2 gebruikt die op de Din-aansluiting van de Naim CDX is aangesloten.

Als netkabel voor de voorversterker wordt een Powerlab AG gebruikt, de interlink naar de eindversterker is een Ensemble Masterflux. Aan de Array S-1 eindversterker is een XTC-powercord aangesloten. Voor het phono-segment worden Kemp Hi Powercord Plus netkabels gebruikt en als interlinks een Siltech SQ88 Classic van de Sugden Optima naar de voorversterker en een Kimber PBJ tussen de Aitos prepre en de Sugden Optima. Opvallend detail in deze set zijn de lowbudget speakerkabel van ca. 5 euro per meter, namelijk Chord Carnival, single-wired aangesloten op de speakers. Volgens Tony voldoen deze kabels uitstekend in zijn set.

Tot slot het audiorack; een Aldenkamp van 4 verdiepingen met glasplaten, waarop MDF 22 mm platen zijn gelegd. Onder de apparatuur worden Masterbase blokjes en Vibrapod dempers voor extra ontkoppeling van de apparatuur ingezet.

Luister(ruimte)

Zoals ik al schreef is de L-vormige woonkamer van Tony behalve luisterruimte ook overduidelijk leefruimte én speeldomein voor de kinderen. Op de hoek van de L-vorm van het luistergedeelte naar het eetgedeelte/keuken staat een box opgesteld en de plavuizen vloer ligt rijkelijk bezaaid met speelgoed en ander kinderlijk vertier. Ik vind dat wel grappig, mijn eigen woonkamer lijkt af en toe ook wel een "slagveld" maar dan vanwege de vele CD`s die over de vloer bezaaid liggen. De box wordt, als we later op de ochtend naar de set gaan luisteren, even aan de kant geschoven.

De set staat langs de lange wand opgesteld, die van het raam tot aan de keuken ca. 9 meter lang is. De luisterbanken staan in een hoekopstelling in het kortere, ongeveer 5 meter lange en 4 meter brede, gedeelte van de L-vorm. De speakers staan naar schatting ruim 2 meter, iets ingedraaid, uit elkaar op ongeveer 50 cm. van de achterwand, de luisterafstand is ca. 4,5 meter. De luisterafstand is dus ruim twee keer zo groot dan de onderlinge afstand tussen de speakers.

Het audiorack staat opgesteld tussen de speakers. De kamer is verder vrij sober aangekleed. Er ligt op ruime afstand van de speakers, bij de banken, een vloerkleed, aan de wanden hangt een enkel fotootje en een klok en voor de raampartij, die uitzicht biedt op de tuin, hangt alleen in de hoeken een gordijn. Ook (grote) planten tref ik op het eerste gezicht niet aan. Zo op het eerste gezicht zijn er dus niet veel akoestische aanpassingen gedaan, ook de opstelling van de speakers is vrij eenvoudig gehouden. Uit de luistersessie zal blijken of hier wellicht nog wat winst te behalen valt.

Luisteren

Het beschrijven van mijn luisterervaringen vind ik altijd het lastigste onderdeel van een "Audiopaul beluistert". Want hoe beschrijf je nou iets wat je waarneemt en voelt op een zodanige manier dat jullie als lezers er iets mee kunnen, dus op een begrijpelijke manier en met zo min mogelijk "vage" termen?

Neem nou het nummer "Brothers in arms" van Dire Straits waar ik het later over zal gaan hebben. Zo`n nummer roept om bepaalde redenen diepe emoties bij mij op en ik heb het nummer door de jaren heen op vele sets gehoord. Je hebt dus een bepaald verwachtingspatroon of referentiekader waarop je terugvalt als je het nummer opnieuw hoort. Bij het luisteren naar muziek vind ik het belangrijk dat het me op een bepaalde manier raakt, de performance moet een bepaalde "magie" en betrokkenheid hebben en emoties bij je losmaken. Als een set dat niet doet, ga je, althans ik, op zoek naar de mogelijke oorzaak van het gemis hiervan en probeer je dat onder woorden te brengen. En dan ben je eigenlijk toch weer een beetje technisch aan het luisteren. Helaas is dat echter bij een luistersessie niet te vermijden, behalve als de betrokkenheid al heel snel opgeroepen wordt. Dan leg je de pen aan de kant, je laat je overvallen door de muziek en al het andere doet er niet meer toe.

Tony heeft een voorkeur voor klassieke muziek van o.a. Bach, Mozart, Beethoven, Haydn, Vivaldi en Mahler. Pop, jazz en bluesmuziek draait hij tegenwoordig wat minder. In totaal heeft hij meer dan 1000 CD`s. In het verleden heeft hij veel CD`s gekocht, de laatste jaren betrekt hij zijn CD`s bij een bekende uitleen discotheek. Hier hebben ze bijna alles wat er op CD verschijnt. Zijn muziektips haalt hij uit muziek- en/of audiobladen en van het internet. Omdat ikzelf (nog) geen ervaren klassiekluisteraar ben had ik voor alle zekerheid wat CD`s uit eigen verzameling meegenomen. Tony had echter een brede selectie samengesteld zodat ik nauwelijks op eigen CD`s hoefde terug te vallen om een goed beeld van de muzikale prestaties van zijn set te krijgen. Een vriend van Tony, die vlak voor de luistersessie komt binnenwandelen en zich voorstelt als Alex, brengt ook nog wat LP`s én een Array phono voorversterker mee die in Tony`s set later in de luistersessie voor opmerkelijke resultaten gaat zorgen!

We beginnen met de LP "Brother in arms" van Dire Straits en draaien daarvan het nummer "Money for nothing". Tijdens het beluisteren van dat nummer zijn er een aantal zaken die me opvallen. De totale presentatie neigt naar het heldere, waarbij het podium strak afgebeeld wordt tussen de speakers en weinig in de breedte of diepte wordt opengetrokken. Hierbij staat Mark Knopfler`s stem strak gepositioneerd en op goede hoogte tussen de speakers geplaatst maar zijn stem klinkt wat vlak en heeft wat minder body, dan ik verwacht had. Met name het gemis aan diepte in deze opname, ook bij de stem is opmerkelijk. Hierdoor komt deze opname vooral in het overbekende intro met de stem, die normaliter uit de verte lijkt te komen en de ruimtelijkheid van het geheel veel minder spannend en indringend over dan zou moeten.
De laagweergave van deze speakers is mooi, lekker strak en ongekleurd zonder te dreunen of opdringerig te worden. Je zou iets meer druk verwachten van zo`n stevige en forse baskast, maar het komt in ieder geval erg fraai de kamer in.

Gelet op de vrij sobere aankleding van de luisterruimte, de raampartij en de plavuizen vloer valt de akoestiek me goed mee, er is nauwelijks sprake van galm of onrust in het geluid. Wellicht heeft al het speelgoed en de pluche beestjes in de woonkamer hierop een positieve invloed?

Tony zet van dezelfde LP het prachtige nummer "Brothers in arms" op en de tendens van mijn bevindingen zet zich hierbij duidelijk voort. Het roffelende onweer en bliksem in het intro mist aan diepte en impact en bijvoorbeeld de harde "metronoomtik" die na het intro overduidelijk in de rest van het nummer meeloopt, mist aan presentie en attack. Kleine details vallen veel minder op en als geheel klinkt de set wat afstandelijk en voel je je daardoor minder betrokken. Ook Mark Knopfler lijkt er nog steeds wat minder zin in te hebben.

Tony is al behoorlijk nieuwsgierig naar mijn eerste indrukken en hoewel ik mijn bevindingen altijd na de luistersessie doorneem, wijk ik daar nu vanaf en noem wat punten die mij opvielen. Op mijn vraag aan Tony of er wellicht sprake is van mismatch in de phonosector vertelt hij dat hij pas sinds enkele dagen de Aitos step-up trafo in zijn set gebruikt en ook niet precies op de hoogte is van de instellingen van de Sugden phono voorversterker.

We besluiten in eerste instantie om "Brothers in arms" ter vergelijking vanaf CD op de Naim CDX te gaan beluisteren. En hier vallen een aantal zaken in positieve zin op hun plaats. Het geheel klinkt ineens veel vloeiender, ruimtelijker en muzikaler met een overduidelijke winst in de diepte en een stem die ineens veel meer de ruimte krijgt en daardoor voller en natuurlijker klinkt. Microdetails worden veel duidelijker afgebeeld en de eerder genoemde "metronoomtik" krijgt ineens de attack en galm die ik eerder miste.
De stage kan naar mijn idee nog steeds wat groter, zeker met eerdere luisterervaringen met speakers uit de Nautilus-serie in het achterhoofd. Vermoedelijk heeft dit te maken met de vrij smalle opstelling van de speakers en de relatief grote luisterafstand.

Tony besluit de zaken bij de draaitafel drastisch aan te pakken en besluit de Aitos volledig uit de keten te halen en uitsluitend de Sugden Optima als phono voorversterking te laten fungeren. Dit geeft bij het opnieuw beluisteren van hetzelfde nummer van Dire Straits wat verbeteringen op eerder genoemde punten, maar de échte winst komt pas bij het plaatsen van de Array PH-1 phono voorversterker van audiovriend Alex.

Ineens is er muziek en staat er een stage, die zich zeker aan de performance van de Naim CDX kan meten. De Array krijgt nog wat extra opwarmtijd en ondertussen luister ik naar "Mr. Bojangles" van Robbie Williams` cd "Live summer 2003". Een erg fraaie opname, de stem van Robbie mag van mij rustig nog wat breder plaatsen, maar de begeleidende piano klinkt levensecht en de druk en strakheid van het laag is zeer goed. Het live-gevoel bij deze opname komt nèt iets tekort vanwege de beperking in de diepte van de stage, maar dat kan uiteraard aan de opname liggen.

Na enkele CD`s keren we terug naar het vinyl en de 180 gram zware LP met live-opnames van "The Eagles - Hell freezes over" wordt op de Fat Bob gelegd. Het nummer "New York minute" klinkt erg goed, met veel druk in het laag en een open en gedetailleerd stereobeeld. Ik bezit deze LP zelf ook en kom ook hier tot de conclusie dat het "live-gevoel" iets tekort komt door de wat beperkte stage.

Een studioalbum, uitgebracht door Naim, van Antonio Forcione en Sabina Sciubba doet het op deze set buitengewoon goed, zeer intiem en gedetailleerd gebracht met een prachtige ademende stem begeleid door een gitaar, waarbij het wrijven over de snaren zeer realistisch is te volgen. Ook een oude bluesopname uit 1967 van Jimmy McGriff op orgel brengt via deze set ook heel goed de sfeer over die je daarbij zoekt.
Inmiddels wordt het tijd om het bezoek af te sluiten en brengt Tony mij naar het station. Onderweg wordt uiteraard nog volop over zijn set en over muziek in het algemeen gesproken.

Is één en één altijd twee?

We hebben het hier over een visueel zeer fraaie en kwalitatief hoogwaardige en kostbare set. Deze luistersessie verliep echter toch iets anders dan ik had verwacht. Stel een topdraaitafel mét toparm én topelement op en toch valt het eindresultaat wat tegen, zeker in vergelijking met de Naim CD-speler. In dat opzicht heeft een wat ongelukkig huwelijk tussen Aitos, Sugden en Spectral met de Transrotor Fat Bob en het ZYX-element daarvoor gezorgd. Het toont nog maar weer eens aan dat simpelweg bij elkaar plaatsen van topklasse apparatuur nog geen garantie geeft voor topweergave en liet helaas de "magie" uitblijven. De Array phono voorversterker liet in deze situatie een opmerkelijk stap vooruit horen en bracht Tony`s set bijna naar referentieniveau, op de eerder genoemde opmerkingen over de podiumafbeelding na.

Extra aandacht verdient om die reden de opstelling van de speakers. Hoe goed je set ook is, de akoestiek én de opstelling is allesbepalend voor het eindresultaat! Doordat de speakers vrij dicht op elkaar staan, te dicht op de achterwand en te ver van de luisterpositie ontstaat het wat smalle en vlakke stereobeeld waar ik in deze sessie naar luisterde. Uit ervaring weet ik dat een dergelijke opstelling een smal, ondiep en wat gecomprimeerde luisterervaring oplevert die ik in extremere situaties wel eens als "tunneleffect" omschrijf, maar dan zonder de bijbehorende galm. Hier is daar nog net geen sprake van, bovendien er is in Tony`s luisterruimte ook nog voldoende ruimte om daar wat mee te stoeien. Geef de Nautilussen iets meer de ruimte, vooral in de breedte maar ook naar de achterwand en ze zullen zeer waarschijnlijk volledig "opbloeien". Overigens vind ik de laagweergave van deze Nautilus 802 buitengewoon fraai, mooi strak en ongekleurd. Ook op andere facetten als oplossend vermogen, tonale echtheid en realisme scoren deze speakers heel hoog.

De Naim CDX viel me in positieve zin op, dit is een zeer muzikale CD-speler, die met groot gemak en vloeiendheid een prachtige "wall of sound" kan neerzetten! En voor de Naim geldt bovendien dat, althans voor mij, dat een visueel wat minder aantrekkelijke speler, geen enkele reden mag zijn om deze cd-speler niet de aandacht te geven die hij verdient!

Tenslotte wil ik Tony hartelijk bedanken voor z`n gastvrijheid, de uitstekende catering en het leuke contact wat we rondom en tijdens dit bezoek met elkaar hebben gehad.

De set van Tony:

Bronnen
Platenspeler: Transrotor Fat Bob S, 1e arm SME3500 arm,
ZYX R-1000 Airy-2 element, 2e arm TR2.6 (gemodificeerde RB 250),
Goldring Eroica LX element
CD speler: Naim CDX
Versterking
Buizen prepre MC: Aitos phono
Phono-voorversterker: Sugden Optima
Voorversterker: Spectral DMC12
Eindversterker: Array S-1
Speakers
B&W Nautilus 802
Bekabeling
2 aparte groepen, SunLeiste stekkerblok,
CD speler: standaard netkabel, interlink Chord Cobra 2 (Din RCA)
Voorversterker; netkabel Powerlab AG,
interlink > eindversterker Ensemble Masterflux
Eindversterker: netkabel XTC
Phono: netkabel Kemp Hi Powercord Plus, interlink Siltech SQ88 Classic
Speakerkabel: Chord Carnival, single-wired
Audiorack
Aldenkamp 4 verdiepingen, ontkoppelt met 22 mm MDF platen, Masterbase en Vibrapod

Beluisterde muziek:

Dire Straits - Brothers in arms (Vertigo 1985) (lp én cd)
Robbie Williams - Live Summer 2003 (EMI 5946432) (cd)
Supertramp - Something never change (EMI 8561832 1997) (HDCD)
Stephane Grappelli/Michel Petrucciani - Flamingo (Dreyfus FDM36580-2) (cd)
Gustav Mahler - (cd) Symphony no. 5 o.l.v. Richard Cheney (Decca 1998 nr. 458860) (cd)
Eagles - Hell freezes over (Geffen 1994 Simply Vinyl SVLP050) (lp)
Anouk - Update (Dino 2004 nr. 5967042) (cd)
Antonio Forcione/Sabina Sciubba - Meet me in London (Naim Audio 1998) (lp)
Jimmy McGriff - Live where the action`s (United Artists 1967 Mua S-3059 (lp)
Chopin - pianoconcert Prelude in D major Op. 28 No. 5 door Tatiana Fiedkina (lp)

© Audiopaul, april 2004

Noot van de redactie:
Deze AudioPaul Beluistert is exclusief geschreven door AudioPaul voor HiFi.nl en wordt daarnaast ook gepubliceerd op AudioPaul`s eigen website.